Kraaghagedis (Chlamydosaurus kingii)
De kraaghagedis (Chlamydosaurus kingii) draagt zijn kraag meestal glad opgevouwen langs zijn slanke hals. Gedurende de balts of bij gevaar kan hij zijn prachtige kraag echter razendsnel opzetten. De kraaghagedis leeft in de bomen van Noord-Australië en Nieuw-Guinea. Als hij zijn bizarre kraag opzet verandert hij ogenblikkelijk in één van de schitterendste hagedissen van Australië. Hij is op de grond ongelooflijk snel en loop daarbij veelal rechtop zijn achterpoten.
- Orde: Hagedissen en slangen
- Onderorde: Hagedissen
- Familie: Agamen
- Geslacht&soort: Chlamydosaurus kingii
- Categorie: Reptielen
SNEL INFORMATIE OVER KRAAGHAGEDIS
Waar leeft een kraaghagedis
De kraaghagedis komt in heel Noord- en Noordwest Australië en Nieuw-Guinea voor. De kraaghagedissen in Queensland hebben meestal een geel- zwart-witte kraag. In de noordelijke streken van Australië eerder een oranje kleur met rood zwart-witte tekening. De kraag van de kraaghagedis bestaat uit een grote huidplooi met een gekartelde rand. Meestal ligt hij opgevouwen zijdelings en aan de onderzijde van de kop en de hals. De kraag wordt opgevouwen met behulp van en rij kraakbenige uitlopers van het tongbeen. Men neemt aan dat bij de kraaghagedis de kraag ook dienst doet als een soort zonnecollector, om sneller warmte op te kunnen nemen.
- Gedrag: Solidair, geen ouderlijke zorg
- Voedsel: insecten, spinnen en kleine zoogdieren
- Levensverwachting: ongeveer 8 tot 10 jaar in gevangenschap, in het wild onbekend.
Leefwijze
De kraaghagedis is even als de meeste hagedissen overdag actief. De zon warmt zijn bloed op, en geeft hem genoeg energie om voedseltochten te ondernemen en op een rappe manier zijn weg te gaan. De kraaghagedis hoort bij de soort reptielen. De stekelige schubben die zijn lichaam bedekken, zorgen ervoor dat deze hagedis niet teveel vocht verliest. De kraaghagedis leeft in bomen, ligt op de takken, en laat zich door de zon verwarmen. Met zijn lange en dunne voorpoten en de veel krachtigere achterpoten, kan hij zich ver uitstrekken en zo van de ene naar een andere tak springen.
Op de grond loopt hij meestal rechtop op zijn achterpoten. Hij kan niet zo makkelijk zijn staart afwerpen, iets wat wel bij veel andere hagedissen zien. Wanneer hij door een vijand bedreigd wordt, gaat hij tegenover hem staan en zet hij razendsnel zijn kraag op. Van aangezicht tot aangezicht ziet hij er dan veel groter en angstaanjagender uit. De met schubben bedekte kraag kan een middellijn van 25 cm bereiken en schitterend gekleurd zijn. De kleur varieert naar de streek waar de kraaghagedis thuishoort.
Afmetingen:
- Lengte: 45-90 cm
- Doorsnede kraag: 20-25 cm
- Gewicht: tot 500 gram
Voortplanting
Het mannetje verdedigt zijn territorium en valt andere mannetjes aan. De grotere mannetjes hebben over het algemeen ook een grotere territoria. De meeste agamen, waartoe ook de kraaghagedis behoort, hebben ingewikkelde balts-rituelen. Altijd maakt het mannetje het vrouwtje het hof. Een teken tot parings-bereidheid van het vrouwtje vindt hij daarbij al voldoende. De eieren worden in het lichaam van het vrouwtje bevrucht, net zoals dat bij alle reptielen gebeurt. Gewoonlijk komen de jongen na 8 tot 12 weken uit het ei. De moeder bekommert zich na het leggen van de eieren noch om de eieren noch om de jongen. De jongen zijn, evenals bij de meeste reptielen soorten, van de geboorte af volkomen zelfstandig.
- Geslachtsrijp: met 2 tot 3 jaar
- Paartijd: vroeg in het voorjaar
- Eieren: 2 tot 8
- Ontwikkelingsduur: 8 tot 12 weken
Verdedigingsmechanismen van de kraaghagedis
De kraag is zijdelings langs kop en hals en aan de onderzijde van de hals samengevouwen. Bij het opzetten van de kraag wordt een rij lange plooien zichtbaar. De kleur van de grof-geschubde en geheel of gedeeltelijk getande kraag is wisselend al naar gelang de leefomgeving van de hagedis. Als de kraaghagedis wordt opgeschrikt ontvouwt hij zijn kraag, en stoot met wijd geopende bek sisgeluiden uit. Daarna slaat hij wild heen en weer met zijn staart
Verwante soorten
Er bestaan ongeveer 300 soorten agamen, Ca. 65 daarvan leven in Australië, onder andere de berg duivel (Moloch horridus) en de waterleguaan of soa-soa (Hydrosaurus amboinensis)