Pimpelmees (Parus caeruleus)
De pimpelmees is bij ons zeer geliefd om zijn vrijmoedigheid en zijn acrobatische toeren. Pimpelmezen zijn nieuwsgierige bewoners van onze bossen, tuinen en parken en hebben een groot weerstandsvermogen. De pimpelmees heeft een helder blauwe en gele verenkleed en bezoekt graag onze tuinen om daar vogelvoer te eten. Hierdoor is het pimpelmeesje tot een van onze meest geliefde en bekendste inheemse vogels geworden.
De pimpelmees wordt vaak verward met de koolmees. Toch zijn de verschillen duidelijk: De koolmees heeft een koolzwarte kleur op zijn hoofd terwijl de pimpelmees een blauw paarse kleur heeft.
SNEL INFORMATIE OVER PIMPELMEES
Uiterlijke kenmerken
De pimpelmees heeft verschillende mooie kleuren. Hij heeft een opvallende blauwe pet met zwarte oogstrepen, een gele borst en blauwkleurige vleugels. Mannetjes hebben een heldere kleur dan vrouwtjes. Pimpelmezen hebben een lengte van ca. 12 centimeter en een gewicht van ongeveer 9 tot 15 gram.
Afmetingen
- Lengte: ca. 11,5 cm
- Gewicht: 9-15 g
Herkenning
De pimpelmees is herkenbaar aan zijn blauwe kop, oranje borst, een smalle zwarte streep rond de ogen, een blauw-zwarte vlek op de kin en blauwachtige vleugels. Mannetjes zijn helderder van kleur dan vrouwtjes en jonge exemplaren. Het geluid van een pimpelmees is een schel “tsitsitsit” of “tsjirp” geluid.
Verschil tussen pimpelmees en koolmees
Pimpelmezen en koolmezen zijn kleine zangvogels die vaak in tuinen en parken te vinden zijn. Er zijn echter een aantal kenmerken die hen van elkaar onderscheiden:
Kleur: De pimpelmees heeft een opvallende oranje borst en een blauwzwarte kop. Koolmezen zijn meestal blauwgrijs, met een witte buik en een blauwzwarte kop.
Grootte: Pimpelmezen zijn iets kleiner dan koolmezen.
Zang: De pimpelmees maakt een hard “tsitsitsit” of “tsjirp” geluid, terwijl de koolmees een helderder “tjilpen” geluid heeft.
De reden dat deze vogels vaak met elkaar worden verward, is omdat ze in vergelijkbare omgevingen leven, zoals tuinen en parken, en ze zijn ook qua grootte en kleur vergelijkbaar. Ook zijn de geluiden die ze maken niet altijd gemakkelijk uit elkaar te houden.
Wat eet een pimpelmees
Een Pimpelmees eet in de zomer voornamelijk insecten die ze uit de bomen wegpikken. Tijdens het groot brengen van de jongen zijn grote hoeveelheden rupsen die laat in de lente en in de zomer op eikenbomen zitten, het hoofdvoedsel. Wie in de winter gewend is vogelvoer te strooien, zal daar in het voorjaar mee moeten stoppen om de vogels te dwingen zelf weer op voedseltocht uit te gaan. In de herfst zijn vlierbessen, beukennootjes en meidoornbessen de belangrijkste voedselbronnen voor pimpelmeesjes. Behalve noten en vetten die in vogelvoer zitten dat kant en klaar voor mezen bestemd is, bestaat hun hoofdvoedsel uit zaden. In de winter pikken pimpelmezen overal rond en hakken korstmossen en stukjes schors weg op zoek naar insecten die daaronder verborgen kunnen zitten.
Waar leeft een pimpelmees
Pimpelmezen leven overal in Europa in bossen en rond nederzettingen, van Zuid-Scandinavië tot westelijk van Moskou; ook in het noorden van Noord Afrika. Het meesje is inheems in bijna alle loofbossen en gemengde bossen van Midden-Europa. Beduidend minder zijn te vinden in naaldbossen waar voor hen minder voedsel te vinden is. Pimpelmezen mijden in het voorjaar en de zomer jonge bosgebieden omdat de bomen daar nog te klein zijn om goede nestholtes te bieden. In de herfst en winter zijn ze zowel in jonge en oude bossen te vinden als in opslag van riet en kreupelhout. In deze jaargetijden vormen zij met andere mezensoorten vaak grote los vaste groepen die op zoek naar voedsel door de bossen trekken. Het grote aantal geeft hen veel meer bescherming tegen aanvallen van roofvogels zoals de sperwer. Ze verschijnen op hun voedseltochten vaak in tuinen; hier broeden ze ook in nestkastjes.
- Gedrag: sociaal en nieuwsgierig; vormen ’s winters losse groepen
- Voedsel: in voorjaar en zomer insecten en spinnen; ook zaden en vruchten
- Levensverwachting: de oudst bekende vogel werd 15 jaar
Waar kun je de pimpelmees zien
Een pimpelmeesje is niet erg schuw, hierdoor kun je hem goed van dichtbij bekijken. Het beste jaargetijde hiervoor is de winter. Dan zijn de pimpelmezen gemakkelijk de tuin in te lokken met speciaal vogelvoer, bijvoorbeeld netten met noten. In de zomer mogen de pimpelmezen vooral niet gevoerd worden omdat dan de jongen om kunnen komen door voedsel dat ze niet verteren kunnen. Pimpelmezen broeden ook graag in nestkastjes die voor hen zijn opgehangen, als de ingang maar klein genoeg is.
Aantallen in Nederland
Broedpopulatie
250.000-400.000 (2018-2020)
Geschat maximum die overwinteren in Nederland
500.000-2.000.000 (2013-2015)
Geschat maximum pimpelmezen die doortrekken naar het buitenland
200.000-1.000.000 (2008-2012)
Bron: sovon.nl
Pimpelmees nestgedag
Vrij vroeg in het voorjaar, ongeveer vanaf februari, begint het nestgedrag van de pimpelmees. Vanaf dit moment gaan pimpelmezen zoeken naar een geschikt plekje om te nestelen. Dit zijn kleine holtes of spleten in bomen en andere plaatsen, die op een hoogte tot ongeveer 15 meter liggen. Het pimpelmees mannetje en het pimpelmees vrouwtje zoeken allebei naar een goed nestholletje, maar als het mannetje meent een goed holletje gevonden te hebben, lokt hij het pimpelmees vrouwtje met vleugel geklapper en een lokroep. Vervolgens glipt hij door het vlieggat het nestholletje binnen en roept opnieuw, in de hoop dat het pimpelmees vrouwtje hem wil volgen en het plekje goed zal keuren.
Nestplaatsen
Het pimpelmees vrouwtje wijst vaak eerst enkele nestplaatsen af voordat ze er eentje goed genoeg vindt. Het vrouwtje bouwt in haar eentje het nest; ze sleept hiervoor mos en andere materialen naar de nestplaats. Met haar borst schuift ze net zolang de bouwstoffen opzij tot het nest de typische napvorm heeft gekregen. Tot slot bekleedt ze haar nest met veertjes.
- Broedtijd: april tot juni
- Legsel: gewoonlijk 7-13 witte eieren met licht bruine of roodachtige vlekjes
- Aantal broedsels: 1-2
- Broedduur: 13-14 dagen
- Nestverblijf: 2-3 weken
Eieren van de pimpelmees
Een pimpelmeesje legt 7 tot 13 eieren. Tijdens de leg en de broedtijd verdedigt het mannetje het gebied rond de nestplaats en de voedselbronnen. Deze nestplaatsen dienen voor de volwassen vogels en later voor de pimpelmees jongen, als bescherming tegen andere pimpelmezen. Het mannetje voorziet ook het vrouwtje van voedsel. Zo komt zij tijdens het broeden niets te kort. Op het moment dat de jongen uit het ei komen is er genoeg voedsel te vinden. Ze blijven ongeveer 2 tot 3 weken in het nest en worden gedurende die periode door beide ouders hoofdzakelijk met groene rupsen gevoerd.
Bescherming
Er zijn verschillende manieren waarop je het leefgebied van een pimpelmees kunt beschermen. Voorkom altijd verstoring van hun nestplaatsen. Pimpelmezen nestelen graag in holle bomen, nestkasten of muurholtes Zorg ervoor dat je deze nestplaatsen niet verstoort tijdens de broedtijd. Pimpelmezen zijn afhankelijk van insecten en andere kleine dieren voor hun voedsel. Door hun vaste voedselbron te versterken met bijvoorbeeld een insectenhotel of een voederhuisje, kun je pimpelmezen helpen om genoeg voedsel te verzamelen. Door een tuin aan te leggen met diverse planten die o.a. bijen, vlinders en andere insecten aantrekken, kun je ook de pimpelmees een handje helpen met voedsel. Pimpelmezen nestelen graag in nestkasten, als je een nestkast plaatst in de buurt van je huis of schuur, kan deze dienen als een veilige plek om te nestelen. Beperk het gebruik van pesticides. Pesticiden kunnen een grote impact hebben op de voedselketen, waardoor het aantal insecten afnemen. Hierdoor zal de pimpelmees maar ook andere vogels minder voedsel hebben en minder kans om te overleven.
Verwante soorten van pimpelmees
De mezen-familie omvat 46 soorten, die in Europa, Azië, Afrika en Noord-Amerika te vinden zijn in bossen en kreupelhout.
Groepen
- Orde: Zangvogels
- Familie: Mezen
- Geslacht & Soort: Cyanistes caeruleus, (vroeger Parus caeruleus)
- Categorie: Vogels
Buitenlandse benaming
Pimpelmees
Eurasian blue tit
Mésange bleue (Cyanistes caeruleus)